Voor de zekerheid: over het wezenpensioen

Allereerst: een wezenpensioen bestaat zowel als inkomen van de overheid (via de Anw) als via je pensioenfonds (je pensioen via je werk dus). In dit blog gaan we in op het wezenpensioen van de Anw. Wil je meer weten over het wezenpensioen van je pensioenfonds? Kijk dan onderaan deze pagina.

Wezenpensioen: Wie heeft er recht op?

Als beide ouders overlijden, kunnen kinderen tot 16 jaar een wezenuitkering uit de Anw (Algemene nabestaandenwet) krijgen. Of je kind een eigen, of een geadopteerd kind is, maakt niet uit. Wel is het belangrijk dat de ouder die als laatste is overleden, verzekerd was voor de Anw. Dat klinkt ingewikkelder dan het is: als je als ouder in Nederland woont of werkt, ben je namelijk automatisch verzekerd. Dit geldt ook als je werkt of woont binnen de Europese Unie. Overlijdt alleen de vader of moeder? Dan is er geen recht op het wezenpensioen. Dit is niet altijd zo geweest: vroeger was er het halfwezenpensioen, maar dit bestaat niet meer sinds 2013. Mocht het zo zijn dat de moeder overlijdt, terwijl niet bij wet bekend is wie de vader is, dan heeft het kind wel recht op het wezenpensioen.

In principe ontvangt je kind een wezenpensioen tot 16 jaar. Onder bepaalde omstandigheden wordt het wezenpensioen uitgekeerd tot een latere leeftijd.

Een wezenpensioen tot 18 jaar

Of je zoon in aanmerking komt voor een uitkering, heeft veel te maken met de zogeheten startkwalificatie: een diploma van de havo, het vwo of het mbo niveau 2 of hoger. Tot 18 jaar heeft hij recht op een uitkering als hij de startkwalificatie gehaald heeft of ermee bezig is. Heeft je zoon een handicap of een ziekte? Dan is het mogelijk dat hij hiervan wordt vrijgesteld en dus geen startkwalificatie hoeft te halen. In deze situatie vervalt vanaf zijn 18de de Anw, maar indien nodig zou hij een Wajong-uitkering kunnen aanvragen.

Als je zoon naar school gaat, is het wel belangrijk dat hij genoeg lessen volgt. Zegt de leerplichtambtenaar dat hij te weinig aan school doet, dan stopt de uitkering. Hij hoeft hiervoor niet vijf dagen per week naar school: een combinatie van werken en leren mag ook.

Een wezenpensioen tot 21 jaar

Je zoon heeft tot zijn 21ste recht op Anw als hij blijft studeren of voor het huishouden zorgt.

Nogmaals: Tot 16 jaar heeft ieder kind recht op de uitkering. Kinderen van 16 of 17 moeten bezig zijn met het halen van een startkwalificatie, al één hebben of zijn vrijgesteld. Studeert je zoon nog voltijd door? Dan heeft hij, tot zijn 21ste recht op Anw. Zorgt het oudste kind na het overlijden van de ouders voor het huishouden? Dan heeft hij ook tot zijn 21ste recht op de uitkering, als hij:

• al een startkwalificatie heeft of niet hoeft te halen;
• voor het huishouden zorgt en daar meer dan de helft van zijn tijd aan besteedt;
• zorgt voor een broer of zus is die nog thuis woont (en ook een uitkering krijgt)

Hoe hoog is het wezenpensioen?

De hoogte van het wezenpensioen vanaf 1 juli 2024

De hoogte van het wezenpensioen hangt af van de leeftijd en loopt (met heffingskorting) van € 489,45 tot € 1042,54 bruto per maand (vanaf 1 juli 2024).

Op de website van de SVB en op onze uitkeringsbedragen-pagina vind je een totaaloverzicht.

De hoogte van het wezenpensioen vanaf 1 januari 2024

De hoogte van het wezenpensioen hangt af van de leeftijd en loopt (met heffingskorting) van € 477,92 tot € 1.017,62 bruto per maand (vanaf 1 januari 2024).

Op de website van de SVB en op onze uitkeringsbedragen-pagina vind je een totaaloverzicht.

De hoogte van het wezenpensioen tussen 1 juli 2023 - 1 januari 2024

De hoogte van het wezenpensioen hangt af van de leeftijd en loopt (met heffingskorting) van € 486,78 tot € 973,58 bruto per maand (vanaf 1 juli 2023).

Wanneer stopt het wezenpensioen?

Voor alle leeftijden geldt dat de uitkering stopt als je zoon:

• leerplichtig is, maar stopt met naar school gaan;
• langer dan een maand in de gevangenis zit;
• gaat trouwen of samenwonen.

Lees hier wat jouw pensioenfonds heeft geregeld